Een paar weken geleden kwam het langverwachte vervolg op het
Sprookjesboek van de Efteling uit onder de originele naam: 'Meer
Sprookjes van de Efteling'. Waar in 2009 eigenlijk vrij positief werd
gesproken over het vorige boek, zag ik op collega-fora nu nogal wat
kritiek voorbij komen. Des te interessanter was het om zelf ook een
exemplaar te bemachtigen en afgelopen week ben ik dan, bij gebrek
aan een voor te lezen kind, zelf eens gedoken in bestaande én nieuwe
verhalen; een bespreking van Meer Sprookjes van de Efteling.
Het boek kent een soortgelijke opmaak als de vorige editie, ditmaal in rode
variant en met als toevoeging de tegenwoordige pay-off 'Sprookjes Bestaan'
op de omslag. Wat uiteraard meteen opvalt is de illustratie op de kaft: een
kabouter die op de stam van zijn holle boom zijn eigen sprookjesboek zit te
lezen, een duidelijke verwijzing naar de illustratie die voor het vorige boek
werd gebruikt. En op kleine afbeeldingen van het boek lijkt het inderdaad
nog wel een onbekende Anton Pieck-illustratie, maar wie het boek aanschaft
ziet dat iemand vooral veel moeite heeft gedaan om te tekenen in de stijl van
Pieck. Wie echter denkt dat het boek louter bestaat uit dit soort tekeningen
komt bedrogen uit, maar daarover later meer.
Uit de inhoudsopgave blijkt direct dat we hier te maken hebben met een
vervolgboek - in de lijst van 35 sprookjes is alleen het verhaal van Kleine
Boodschap direct aan de Efteling te linken. Uiteraard zijn er verder nog
verhalen die een link hebben het park, zoals het nieuwe sprookje De ketel
van de heks, De Bibelebontse berg, De gelaarsde kat en De Jongen die
het griezelen wilde leren, al is van het laatste verhaal natuurlijk niets
in het park terug te vinden. We kennen het enkel van enkele niet
uitgevoerde schetsen van Pieck. Verder staan er in het boek dus vooral
een hoop - voor mij - onbekende verhalen, allemaal in dezelfde
beknopte voorleesstijl die ook de sprookjes in het eerste boek kenmerkte.
Er is een keuze gemaakt om enkel de typische sprookjes te nemen in plaats
van verhalen in het algemeen, of sprookjes in de bredere zin van het woord.
Behalve de Grimm en Andersen-sprookjes uit het Sprookjesbos kennen we
binnen de Wereld van de Efteling natuurlijk ook nog gewoon het Volk van
Laaf, Vogel Rok of het verhaal van het Huis van de Vijf Zintuigen, maar geen
van allen werd blijkbaar geschikt bevonden. Enerzijds begrijpelijk, want zo
scheidt je de verhalen van het Sprookjesbos - en de sprookjes in een zelfde
traditie - van de rest van het park, anderzijds vreemd, want vorige keer
prijkte Klaas Vaak ook in het boek, en dan toch niet in de versie van
Andersen, maar als het achtergrondverhaal van Efteling Bosrijk. Ik had het
best prettig gevonden als men hier wat andere Eftelingverhalen bij het
betrokken om de binding met het park wat te versterken, al zou Feetje en
de Kluis me ook wat te ver gaan!
Opvallender dan de keuze voor de verhalen in het boek zijn de illustraties.
Op de eerste pagina is het dan ook direct duidelijk: we hebben te maken met
enkel nieuwe illustraties van een onbekende illustrator. Nu heb ik op die
keuze helemaal niks aan te merken, want als je dan tóch kiest voor
Pieckprentloze verhalen, dán liever gewoon compleet andere goede
tekeningen in plaats van geforceerde imitaties. Maar de illustraties voelen
nu vooral alsof ik een willekeurig onbekend sprookjesboek in mijn handen
heb, iets wat je zeker niet verwacht na zo’n kenmerkende boekomslag.
Een heel aantal sfeerloze taferelen, een Eftelingvreemde stijl en een paar
opmerkelijke ontwerpkeuzes binnen de illustraties zorgen in ieder geval
voor een lichte verbazing. Want wat te denken bij een huis van De Drie
Kleine Biggetjes met een varkensstaart als schoorsteen en een varkenskop
als huis (http://efteli.st/biggetjes)? Vrij clichématig en onnozel en
precies zoals je dat juist niet bij de Eftelingsprookjes verwacht. Hetzelfde
geldt voor de illustratie van De Zingende Schoenmaker, die toevallig een
reusachtige schoen met gezichtje op zijn werkplaats heeft staan
(http://efteli.st/schoenmaker). De illustraties van Ezelsvel vind ik zelfs
ergens neigen naar amateurisme (http://efteli.st/ezelsvel).
De aardige illustraties vind je gelukkig ook bij de twee Eftelingverhalen.
Beide verhalen kunnen overigens bij jullie al bekend zijn, want ze zijn
sinds een tijdje in beknopte versie al te lezen in de ‘Efteling
Juweeltjes’, de kleine uitklapboekjes op luciferdoosjes-formaat. Een korte
samenvatting van het verhaal van Kleine Boodschap:
Er was eens een trouwe boodschapper van de koning, Kleine Boodschap.
Hij wees iedere voorbijganger de weg en gaf ze altijd een vrolijke spreuk
mee. De koning was erg onder de indruk van de verdiensten van Kleine
Boodschap en wilde hem daarom bedanken voor zijn inspanningen. Maar
als Kleine Boodschap op een middag in het gras in slaap valt pikt een
vogeltje de veer uit zijn muts. Wanneer hij wakker wordt raakt hij volledig
in de war: hij kan zich geen route meer herinneren en wijst iedereen de
verkeerde weg. Erg lastig voor de praatgrage wegwijzer! Gelukkig komt op
dat moment de koning met een aantal herauten. Hij brengt Kleine Boodschap
zijn cadeau: een nieuwe rode veer, nóg mooier dan de eerste. "En vanaf die
dag wees hij iedereen weer de juiste weg. En nooit meer vergat hij om er een
mooie spreuk bij te zeggen." http://efteli.st/kleineboodschap
Het andere volledig nieuwe sprookje is dat van De ketel van de heks, volgens
het voorwoord het verhaal achter de bekende rode heks op de Heksenpoort.
Ik had verwacht dat het verhaal dan ook zou vertellen waaróm ze daar te zien
is, maar het is toch vooral een heel klein stukje geschiedenis dat deze heks
gegeven wordt. Een nieuw verhaal dus, maar wel opgezet uit een hoop
elementen die we kennen uit andere sprookjes:
Een heks woont samen met haar mopperende heksenketel bovenop een
heuvel. Op een dag vindt ze een recept voor een liefdesdrankje dat ze
natuurlijk meteen begint te brouwen. Wanneer ze een slok neemt van het
gifgroene spul lijkt er echter niks te gebeuren. Uit woede schopt ze de
ketel om en de liefdesdrank stroomt uit haar huisje, over de heuvel. Bij de
dieren op de heuvel lijkt het drankje echter wél te werken en de heks gaat
op onderzoek uit. Dan komt ze een prins tegen en ze wordt op slag verliefd.
De zwarte kleur van haar jurk en hoed verandert plots in een rode kleur.
Dagenlang mijmert ze over de prins en ze besluit bij hem langs te gaan met
het drankje. Ook de prins merkt in eerste instantie niets, maar dan ziet hij
op de binnenplaats van het paleis een ganzenhoedster waarop hij natuurlijk
meteen verliefd wordt. Zijn kleren worden gloeiend rood. De heks is zo
kwaad dat ze weer helemaal zwart wordt. Ze leefde nog lang en ongelukkig,
in tegenstelling tot de prins die gelukkig met de ganzenhoedster trouwde. http://efteli.st/ketelvandeheks
Alhoewel in het Sprookjesboek geen enkele betrokkene genoemd wordt
– nogmaals: wat een onzinnig beleid is dit toch van de Efteling! - lijkt
het me logisch dat het weer is geschreven door Eftelingarchivaris Gerrie
van Dongen en haar man Ad Grooten. De illustrator is Martijn van der
Linden (voor meer werk: http://efteli.st/martijnvanderlinden). Hij staat bij
uitzondering genoemd in een inlegvel van de uitgever zelf
(http://efteli.st/inlegvel): "Martijn van der Linden toont zich als waardig
opvolger van Anton Pieck", lezen we. Nou moe, eerst je illustrator geheim
proberen te houden en vervolgens geef je bij het boek meer uitleg waarin
je de illustrator met naam en toenaam noemt en ook nog eens vergelijkt
met één van Nederlands bekendste (sprookjes-)illustratoren!
Na het zien van meer werk van Van der Linden moet ik trouwens wel even
kwijt dat we hier te maken hebben met een professional die duidelijk veel
meer stijlen beheerst dan in dit boek te zien zijn. Hoe kan het dan toch zo
mis gaan met de illustraties? Het lijkt me toch een bewuste keus van de
Efteling om deze weg in te slaan. Zonde, maar vooral funest voor het
Eftelinggevoel dat je met zo’n boek zou kunnen meegeven.
Is het een goed Sprookjesboek? Ja, het boek is een hoop sprookjes rijk en
ik heb het met plezier gelezen. Maar is het Efteling-sprookjesboek-waardig?
Wat mij betreft niet. Met een titel als 'Meer Sprookjes van de Efteling'
suggereer je dat er in illustratiewerk of verhaalkeuze een feest van
herkenning is, maar daarvoor blijkt het aantal verwijzingen helaas niet
voldoende. Een voorbeeld van een souvenir dat je zonder stevige
kortingsactie beter in de schappen kunt laten liggen – gelukkig zijn er zat
andere souvenirs die het geld wat mij betreft veel meer waard zijn!