Allereerst wil ik alle nieuwe Eftelisten een heel hartelijk welkom heten.
In een relatief korte tijd is deze mailinglist al met honderden nieuwe
leden gegroeid, en in de afgelopen week hebben zich nog eens tientallen
Eftelingliefhebbers bij ons gevoegd.
Wees welkom dus, al lijken jullie wel een klein beetje geschrokken te zijn
van de manier waarop we op Eftelist over de Efteling praten, en het
wantrouwen waarmee we sommige ontwikkelingen gadeslaan. Enkele leden van
Eftelist mopperden tien jaar geleden al via hun mailbox op de Efteling, en
jullie moeten maar proberen het ons niet teveel kwalijk te nemen als we
soms wat cynisch lijken - sommigen van ons hebben nu eenmaal het gevoel dat
ze onderhand niet meer uit hoeven te leggen waar het aan schort, terwijl we
dat natuurlijk nooit zouden moeten verzaken.
Jaap, Jorn en Friso hebben hun hart al gelucht over Karel Willemen, en ik
doe met plezier nog een duit in het zakje. Er duiken momenteel tenslotte
allerlei leden op die zich bedienen van een rotsvast vertrouwen in de
Efteling, en aangezien een dergelijke hoeveelheid onwankelbare fiducie tot
nu toe op niets gebaseerd lijkt te zijn, gooi ik er graag nog wat
argumenten tegenaan.
Luuk schreef:
> Dus om op mijn vraag te komen: blijft het altijd Pieckfijn? Nee, laat
> ontwerpers lekker hun gang gaan en als het écht niet naar de zin van de
> Efteling is moet je daar ook vertrouwen in hebben dat de Efteling dat
> niet in zijn park gaat zetten.
Het is en blijft lastig: hoe maak je aan iemand duidelijk wat wél en niet
Eftelings is, als de Efteling het zelf niet eens lijkt te zien? Is het
nodig om voor de duizend-en-eenste keer de Eftelingse stijlkenmerken op te
sommen, om andermaal uit te leggen waarom het Sprookjesbos bij het Volk van
Laaf, bij de Pagode, bij de Gondoletta en bij de Halve Maen past? Waarom de
Efteling het nooit heeft moeten hebben van de verschillende attractietypes,
maar van een overkoepelende sfeer, die - zoals Jorn terecht opmerkte -
niets met sprookjes te maken heeft, maar met een eenheid in ontwerp, in
gedachtengoed?
En die eenheid zit niet in gestucte muurtjes, of een kabouter met een
slappe muts. Je kunt het Pieckse zo breed trekken als de fantasie reikt, en
de Efteling bulkt van de voorbeelden waaraan geen doorpiepend baksteentje
te pas is gekomen.
Het korset van het Pieckeriaanse denken mag dan een cliché zijn waar de
moderne Eftelingfan inmiddels gierend van over z'n nek gaat, maar Ton van
de Ven gaf daarmee wél perfect datgene aan waarmee de Efteling zich altijd
heeft weten te onderscheiden van attractieparken en we mogen Sander de
Bruijn op onze blote knietjes danken dat hij in elk geval een poging doet.
Karel Willemen doet geen poging. In plaats van Pieckse grenzen op te rekken
en zijn eigen plaats te vinden binnen de kaders die de sfeer van de
Efteling vereist trekt Karel Willemen een ander plan, en daarbij helpt het
niet dat zijn ontwerpen simpelweg van een bijzonder belabberd niveau zijn.
Wie moeten we daar de schuld van geven? Zoals al eerder gezegd mag een
ontwerper best een beetje verantwoordelijk gehouden worden voor wat er in
de Efteling wordt neergezet, maar daarbij erkennen we ook dat Karel
Willemen binnen de organisatie geen functie heeft die te vergelijken is met
die van Anton Pieck en Ton van de Ven. Karel Willemen voert de concepten
uit die hem van bovenaf worden opgelegd, en 'bovenaf' is in dit geval
directeur Imagineering Olaf Vugts, die hiervoor op Eftelist terecht de
Zwarte Piet toebedeeld krijgt.
De Efteling heeft twee creatieve meesterbreinen gekend, en in hun tijd
hadden Ton van de Ven en Anton Pieck genoeg autoriteit om van grote invloed
te kunnen zijn op de ontwikkelingen in het park. Hoewel dat de Efteling
prachtige dingen heeft opgeleverd, zie ik het er in de komende jaren niet
van komen dat de functie van creatief directeur weer wordt ingevuld door
iemand die over de benodigde kwaliteiten beschikt. Olaf Vugts heeft zich in
de loop der jaren een vergelijkbare rol toegeëigend, terwijl we hem tot nu
toe nog nooit op bovenmatig veel creativiteit hebben weten te betrappen.
Attractieconcepten worden uitgedacht onder de douche en daar wordt
vervolgens heel hoogdravend over gedaan, terwijl de Efteling als enige
voornemen heeft 'dat er een verhaal achter moet zitten' en dan kan elke
janlul wel op de Vliegende Hollander en Joris en de Draak komen als -ie
maar lang genoeg zijn oksels staat te wassen.
En dat dan in combinatie met tenminste één bijzonder incapabele ontwerper,
die volgens sommigen een zaligmakende inspirator is, maar die met een
dramatische Vliegende Hollander, een sfeerloos Bosrijk, een mislukte
Assepoester en die tamelijk lelijke draaktekening wel érg hard z'n best
moet gaan doen om mij ooit nog te laten geloven dat hij zijn salaris waard
is.
Werkelijk, ik wil niemand enig plezier in het park misgunnen, en ook ik ben
razend blij dat we straks een toffe nieuwe achtbaan in het park krijgen,
maar wie oprecht enthousiast wordt van de ontwerpen van Karel Willemen moet
mij toch eens uitleggen waarom hij of zij nou precies liefhebber van de
Efteling is geworden, in plaats van een marginaal parkje in de provincie,
van de Tilburgse kermis of van de jaarlijkse carnavalsoptocht. Ik zie het
namelijk niet.
An sich is het heel wonderlijk dat Karel Willemen veel Eftelingliefhebbers
zelfs zo ver heeft gekregen dat ze hun honger naar Eftelingse
stijlkenmerken even op een lager pitje hebben gezet. We zitten nu vooral te
hopen op iets dat in Godsnaam tenminste *goed* is, zelfs als het niet zo
Eftelings is.
Assepoester herbergt zo'n vijfhonderd Pieckse details, maar is één van de
beroerdste sprookjes van het Sprookjesbos, dus we vinden geen automatische
zalving in een rijmpje, een dakpannetje en gezichtjes in het houtwerk.
Integendeel - als van zoveel Pieckse elementjes tóch zo'n smakeloos
etalagesprookje wordt gemaakt, dan voelt dat toch een beetje als een
vulgaire aanranding van het Pieckmuisje. Heel vervelend. Pijnlijk.
Ik zou het allerliefst geloven dat ál Willemen's projecten tot nu toe door
een ongeziene kracht van bovenaf misgelopen zijn, en dat de ontwerper niets
te verwijten valt. Maar daarvoor hebben we al te vaak gezien dat het een
beroerde verhalenverteller is, die eenvoudigweg ook nog eens niet zo goed
kan tekenen.
Daarbij komt dat een draak helemaal niet zo simpel is. Je moet wel je
stinkende best doen om zo'n mythisch beest mooi en enigzings geloofwaardig
te maken. Onder het kasteel van Doornroosje in Disneyland Parijs ligt
toevallig een heel fraaie, maar vergeet niet dat deze grote dragon zijn
donkere tanière meeheeft, waarin het duister druppelt en glimt, terwijl de
draak van Karel Willemen straks in het zonnetje staat, nota bene tussen een
achtbaantrack in! Ik zou het zelfs Ton van de Ven en Anton Pieck nauwelijks
toevertrouwen.
Maar enfin, we zullen zien. Ik heb nog niemand horen klagen over het
attractietype an sich, dus zelfs al alles net zo lelijk wordt als waar wij
doemdenkers voor vrezen, dan hebben we er volgend jaar potdorie toch maar
mooi een racing woodie bij, en dáár heb ik oprecht van op mijn stoel
zitten stuiteren in het kantoor van Bart de Boer.
Armen de lucht in en ogen stijf dicht in Joris & de Draak, en kozijntjes
aaien doen we wel bij Raveleijn. :)